menu
Word Lid
Wij vragen bindende taaltesten in het onderwijs, ook in de Balense scholen

Vlaams Minister voor Onderwijs Ben Weyts (N-VA) liet de algemene schoolregels aanpassen. In de meeste Vlaamse gemeenten werden dan ook de schoolreglementen aangepast aan de nieuwe normen, zo ook in Balen. Bij de stemming over het nieuwe schoolreglement van de Balense basisscholen stemde onze fractie niet voor of tegen. We onthielden ons, omdat de regels rond taalkennis voor het Vlaams Belang nog niet ver genoeg gaan. Fractievoorzitter Bert Deckers: "Net als in het Vlaams Parlement stelt onze partij voor dat er bindende taaltesten georganiseerd worden in zowel het basis- al in het kleuteronderwijs."

Het Vlaams Belang vraagt dit niet om de kindjes in kwestie, die van thuis uit geen Nederlands meekregen, te pesten of te weren uit de volgende stap in hun schoolloopbaan. Onze partij vraagt dit net om deze kindjes te behoeden voor een leerachterstand, die hun toekomst ontegensprekelijk zal hypothekeren. Wie geen voldoende Nederlands spreekt zal immers moeilijk kunnen verder studeren of werk vinden. Een vraag om taaltesten die bindend zijn - en waarbij dus extra lessen Nederlands voor de betreffende leerling noodzakelijkerwijze zullen volgen - is hiertoe een legitieme vraag.

Jammer genoeg ging Balense schepen voor onderwijs Mien Vanden Broek (CD&V) niet in op onze tussenkomst en blijft het schoolreglement zoals het is: enkel een vraag aan de ouders om hun kinderen "aan te moedigen" om Nederlands te leren. We kregen bovendien geen verdere uitleg over de "initiatieven en de maatregelen die de school neemt om de eventuele taalachterstand van hun kind(eren) weg te werken." We kunnen hieruit vermoeden dat kindjes, die ondanks alles het Nederlands niet voldoende machtig zijn, zonder gevolg toch doorstromen naar de volgende leergraden en bijgevolg mogelijks zichzelf en hun medeleerlingen een achterstand bezorgen. Een gemiste kans!

Lees hieronder de volledige tussenkomst van onze fractievoorzitter:

In hoofdstuk 2 van het algemeen reglement lezen we het volgende: “Nederlands is de onderwijstaal van de school. Ouders moedigen hun kind(eren) aan om Nederlands te leren. Ouders ondersteunen de initiatieven en de maatregelen die de school neemt om de eventuele taalachterstand van hun kind(eren) weg te werken.” Wij vragen ons af over welke maatregelen het hier gaat. Want uit cijfers blijkt dat gemiddeld 1 op 4 van de schoolgaande kleuters in Vlaanderen thuis geen Nederlands spreekt. Indien pakweg de kleuterjuf of -meester zich, naast het bezighouden met de Nederlandstalige kindjes die meekunnen en extra tijd dient te steken in de Nederlandstalige kindjes die mogelijks een achterstand vertonen, ook nog eens een plan moet uitwerken om kindjes te begeleiden die helemaal geen Nederlands kennen bij het binnenkomen van de kleuterklassen, dan leggen we een enorme druk op de schouders van de betreffende leerkrachten. Hetzelfde geldt dan natuurlijk ook voor de leerkrachten in de lagere school.

Uit nazicht van het nieuwe reglement, dat hier ter stemming voorligt, kunnen we afleiden dat de taaltesten die Vlaams Minister van Onderwijs Ben Weyts voorstelde, als basis werden gebruikt ter vervollediging van dit document. Dat het reglement deze passage vermeldt is een goede zaak. De kennis van het Nederlands vormt immers één van de fundamenten voor de verdere levensloop van onze kinderen. Zowel op gebied van onderwijs als op gebied van hun professionele toekomst. Daar moeten we niemand van overtuigen hopen we. Net als in het Vlaams Parlement stelt onze partij echter voor dat er bindende taaltesten georganiseerd worden in zowel het basis- al in het kleuteronderwijs. Enkel op die manier nemen we het risico weg dat er alsnog leerlingen doorstromen naar de volgende fase in hun schoolloopbaan, zonder een voldoende basiskennis van onze taal. Daarom zullen wij ons onthouden op dit punt.

ONTVANG ONZE NIEUWSBRIEF